Vroegere levens onder hypnose - door René Diekstra
Ik wil nog een keer terugkomen op Piet Vroon. Niet vanwege het aantal reacties dat ik op mijn column van vorige week over hem heb ontvangen, maar om een andere reden. Dat is de merkwaardige ervaring, die ik in 1980 met hem gehad heb. Wij waren beiden nog maar kort hoogleraar in Leiden, hij in de theoretische, ik in de klinische psychologie.
Piet moest niet veel hebben van klinisch psychologen en psychotherapeuten en liet zich in zijn krantencolumns regelmatig heel kritisch over hen uit. Maar ons persoonlijk contact leed daar niet onder en binnenskamers durfde hij zijn interesse voor hoe ik met patiënten werkte wel te laten blijken. Vooral het gebruik van hypnose boeide hem.
Op een dag vroeg hij mij terloops of ik dacht dat hij te hypnotiseren was. Mijn antwoord was standaard: 'natuurlijk, iedereen is te hypnotiseren als je de voor die persoon geschikte methode maar weet te vinden.'
Blijkbaar was zijn nieuwsgierigheid definitief gewekt, want een paar weken later vroeg hij of ik hem, bij wijze van experiment, eens onder hypnose wilde brengen. Ik was daar om twee redenen niet erg happig op. Op de eerste plaats is hypnose in mijn opvatting geen gezelschapsspel, maar een serieuze psychologische behandelmethode. Op de tweede plaats liep ik het risico dat, als hij het maar niks zou vinden, ik hem nog meer ammunitie gegeven zou hebben om op mij en mijn collega-psychotherapeuten af te vuren. Dus hield ik de boot af. Maar dat werkte niet echt bij Piet, zoals ik later nog wel vaker zou ervaren.
Video
Na een week of wat kwam hij er weer op terug. Toen ik hem vertelde van mijn aarzelingen, kwam hij met een slim voorstel. Ik mocht de sessie op video vastleggen en er mee doen wat ik wilde. Als hij er dus later iets over zou schrijven wat volgens mij niet klopte, dan kon ik de buitenwereld altijd de band laten zien. Ik zwichtte. Korte tijd later hadden we in een opname-kamer van het psychologisch instituut de hypnosesessie. Piet bleek heel snel in diepe trance te brengen te zijn. Na ongeveer een kwartier, schat ik, beëindigde ik de trance en spraken we kort na over wat hij ervaren had. Verbaasd vertelde hij dat hij voor zijn gevoel niet alleen heel ver weg was geweest, maar ook dat de suggesties die ik gaf voor allerlei veranderingen in lichaamssensaties, zoals verminderde gevoeligheid voor pijn in armen en handen, daadwerkelijk waren opgetreden. Zo had hij de stevige kneep die ik in zijn handrug gegeven had, in het geheel niet gevoeld. Zijn interesse voor hypnose was definitief gewekt en hij vroeg mij of ik hem ook terug kon laten gaan in de tijd, zodat hij zich gebeurtenissen van vroeger weer zou kunnen herinneren of mogelijks zelfs herbeleven. Ik zei dat ik dat niet wist, maar dat ik gegeven zijn hypnotiseerbaarheid wel leeftijdsregressie wilde proberen.
We begonnen opnieuw, deze keer was hij zoals te verwachten nog sneller in trance, en ik liet hem teruggaan in de tijd. Hij stopte zelf de tijdklok op de leeftijd van elf jaar en ervoer met een grote helderheid en precisie, ook wat gevoelens betreft, opnieuw een belangrijke gebeurtenis die toen had plaatsgevonden. Weer terug uit de trance en met mij de videoband terugkijkend, was hij bijna onthutst over wat hij bij zichzelf zag, zowel aan trance-gedrag als aan het herbeleven van de gebeurtenis uit zijn kindertijd.
Verkeer
Ik zei hem bij het afscheid dat het niet verstandig was als hij meteen terug naar huis zou rijden. Want het komt bij mensen na een intense hypnose-ervaring regelmatig voor, dat ze nog zo door de na-gevoelens en na-beelden in beslag genomen worden dat hun oplettendheid in het verkeer er gevaarlijk door wordt beïnvloed. Piet lachte mijn waarschuwing weg en ging toch meteen naar huis. De volgende ochtend belde hij mij op en zei dat hij de vorige avond een gevaar op de weg was geweest. Hij had verschillende rode stoplichten genomen zonder dat in de gaten te hebben. Hij zei ook dat hij nog graag een sessie wilde, onder dezelfde voorwaarden, om te kijken of hij nog verder in de tijd terug kon gaan. 'Naar mijn geboorte.'
Een afspraak daarvoor kwam pas een paar maanden later tot stand. Het leverde een videoband op, die later tal van studenten en zelfs gynaecologen en verloskundigen gezien hebben, en waarover ze elkaar in de haren gevlogen zijn. In diepe trance beleefde Piet zijn geboorte opnieuw en wel op een manier die mij iedere keer als ik naar de band kijk, weer het gevoel geeft voor het eerst te begrijpen wat een kind meemaakt als het uit de baarmoeder komt en de wereld infloept, met al zijn prikkels, licht, lawaai, koude, opgetild worden, nauwe kleertjes aan moeten, en noem maar op. Geboren worden, zo laat die band als indruk na, is een bijna traumatische gebeurtenis.
Toen we na afloop samen de sessie nog eens terugkeken, was Piet minstens zo onthutst als de eerste keer, maar vooral onder de indruk. Ik ook, maar ik was ook in de war. Wat gebeurde hier? Speelde hier iemand alsof? Maar dan moest hij wel een verrekt goede toneelspeler zijn en een die wel heel veel afweet van pasgeboren baby's en wat die wel en niet waarnemen. Of kwamen hier, in een bijzondere psychische toestand, geheugenresten tot leven? Maar kan dat wel? Voor zover ik wist en weet kan dat niet. We gingen opnieuw uit elkaar zonder een nieuwe afspraak. Die kwam er wel, omdat Piet er bij mij op aandrong te kijken of hij nog verder terug in de tijd, eventueel in vorige levens zou kunnen komen. Ik was zelf inmiddels ook gefascineerd door het experiment met dat nuchtere, kritische, haast cynische brein dat tegelijkertijd toch zo suggestibel leek te zijn. We hebben nog drie sessies gehad, die alle drie eveneens op video opgenomen werden. In die sessies keert hij terug in verschillende vorige levens. Een daarvan speelt zich af rond het begin van onze jaartelling. Een ander in de dertiende eeuw, de derde in de zeventiende eeuw. Iedere keer waren de ervaringen die hij onderging en uitte, en de gebeurtenissen waar hij deel aan had en beschreef, zo helder en invoelbaar, dat ik ze bijna kon meebeleven, ze zelf voor me zag.
En iedere keer als hij na afloop de band terugkeek was er weer diezelfde onthutste reactie, alsof hij niet goed kon geloven dat hij naar zichzelf zat te kijken en te luisteren. Later zou hij zeggen, in een interview met Ciska Dresselhuijs in het blad Opzij dat de hypnosesessies een fantastische ervaring waren geweest. Maar hij zei daarin ook dat hij niet geloofde dat het werkelijk herinneringen uit vroegere levens waren geweest. Ik ben dat met hem eens.
Maar de vraag waar die beelden dan vandaan kwamen, heeft me tot op de dag van vandaag niet losgelaten en is weer sterk bij mij opgekomen sinds Piet's dood. Zijn het gewoon fantasiefilms geweest geproduceerd in en door een zeer creatief en erudiet brein onder de voor de verbeelding gunstige omstandigheid van hypnose? Maar zelfs als, waarom dan nou net deze fantasiefilms en geen andere.
Balling
Want hoe fantastisch Piet de hypnose-ervaring op zichzelf ook vond, het waren op de keper beschouwd geen opwekkende films. In de eerste twee levens wordt hij achtereenvolgens als soldaat in een hinderlaag gelokt en met een zeis vermoord en als ketter door pauselijke troepen terechtgesteld. In het derde leven is hij een balling, met wie het ook niet goed afloopt, hoewel onduidelijk is hoe hij precies aan zijn einde komt.
Ik behoor al vele jaren tot de groep psychologen die geloven dat de belevingen van vroegere levens onder hypnose vaak een manier zijn waarop bepaalde psychische problemen zich uitdrukken. Of misschien wel hun schaduw vooruit werpen. Ik heb het daar in latere jaren verschillende keren met Piet over gehad, maar hij geloofde er weinig of niets van. Toch, sinds de dag van zijn dood moet ik vaak denken, met een parafrase op de beroemde regel uit Shakespeare's Hamlet, dat er meer dingen zijn tussen hemel en aarde, dan in Piet's en mijn psychologie verondersteld wordt.
Bron: Rotterdams Dagblad, 31 januari 1998.